Borrelpraatje op vrijdagmiddag met dokter Kees

Vet maakt dik. Vet verstopt de bloedvaten. Vet bezorgt ons hartaanvallen en beroertes. Dertig jaar lang hebben we deze boodschap tot vervelens toe moeten aanhoren. De vetvrees – ijverig aangewakkerd door fabrikanten van ‘nuttige’ light-producten en margarines met ‘gezonde’ plantaardige vetten – neemt soms hysterische proporties aan. “We doen het in het westen niet langer in onze broek voor God, maar voor dierlijk vet,” zei David Kritchevsky, de New Yorkse internist die in 1958 het eerste leerboek over cholesterol schreef, onlangs in The New York Times. Ook wij nuchtere Hollanders hebben ons gek laten maken. De consumptie van voortreffelijke polderwaren als roomboter is sinds de jaren zestig meer dan gedecimeerd. En dat is wrang. Want het ziet er steeds meer naar uit dat de anti-vetboodschap is gebaseerd op een leugen. Of op z’n minst op een dwaling. In tegenstelling tot wat overheden en gezondheidsautoriteiten ons voorspiegelen, bestaat er onder deskundigen absoluut geen eenduidigheid over de invloed van verzadigd vet en cholesterol op het ontstaan van hart- en vaatziekten.

Prof. dr. George Mann, vetexpert, drukte zich in het wetenschappelijke tijdschrift Science Magazine kras uit: “Het is merkwaardig dat een verklaring die zo overduidelijk onjuist is, zo hardnekkig wordt omarmd en uitgedragen door serieuze wetenschappers, artsen, levensmiddelenproducenten en overheden. De redenen? Trots, winstbejag en een volstrekt gebrek aan kritisch vermogen. Werkelijk interessante ontdekkingen worden stelselmatig genegeerd. Het publiek is de dupe. De vethysterie is de grootste zeepbel in de geschiedenis van de medische wetenschap.” Studies laten zien dat overal waar de vetconsumptie daalt, de bevolking dikker en ongezonder wordt. Mann: “Ik vrees dat dat geen toeval is. Dit gigantische voedingsexperiment loopt volledig uit de klauwen.” Tijd derhalve om het sprookje op deze vrijdagmiddag eens te analyseren in de kroeg. Dokter Kees, huisarts in ruste en anoniem aanhanger van het paleoperspectief, geeft politiek incorrecte antwoorden op de vragen van stamgast Harry.

Harry: Wat denk je, Kees? Een lekker kalfspasteitje als voorgerecht? Of krijg ik het daarvan aan m’n hart? Nou, vertel es, wie bedacht eigenlijk dat hysterische gedoe rond vet?

Dokter Kees: Het begon allemaal met ene meneer Ancel Keys, een Amerikaanse voedingswetenschapper met een zwak voor Italië. Tijdens een vakantie begin jaren vijftig vroeg hij zich af waarom de spaghettivreters zo weinig hartinfarcten kregen. In het dorp waar hij verbleef aten ze toevallig weinig dierlijk vet en Keys riep: Eureka! Dat ze zich een dorp verderop ongans aten aan vette salami en mozzarella en toch nauwelijks hartproblemen kenden, zag hij gemakshalve over het hoofd. Om zijn idee te bewijzen, voerde Keys een grootscheeps onderzoek uit. In zeven landen zette hij de consumptie van verzadigd vet af tegen het percentage hartaanvallen. En jawel, zes landen lieten een zwak positief verband zien. Wat Keys verzweeg, was dat hij zijn materiaal zorgvuldig had uitgekozen. Toen Keys aan zijn studie begon, waren er namelijk al 22 landen op soortgelijke wijze onderzocht. En in maar liefst 16 van die 22 landen was er geen, of zelfs een opvallend omgekeerd verband. Zo werd in Zwitserland steeds meer dierlijk vet gegeten, terwijl het aantal hartaanvallen gestaag afnam. Keys zat met die resultaten in z’n maag, maar hij was de moeilijkste niet. Hij besloot de resultaten van zijn voorgangers domweg te negeren. Slechts een handjevol ‘lastige’ wetenschappers uitte na publicatie in het medische vakblad The Lancet kritiek. Tot op de dag van vandaag geldt zijn ‘Zeven Landen Studie’ als solide basis voor ‘magere’ dieet-adviezen.

Harry: Vet lekker, dat pasteitje… Maarre dat verhaal van die Keys, daar trapt toch niemand in?

Dokter Kees: Jawel, want Keys hing dit ‘schoonheidsfoutje’ natuurlijk niet aan de grote klok. Hij verzweeg ook dat hij in twee provincies in Finland, waar ze precies evenveel worst en vette kaas eten, enorme verschillen in het aantal hartproblemen waarnam. Keys was een trendsetter als het gaat om sjoemelen. Weleens gehoord van de Framingham Heart Study? Dat is een studie die al veertig jaar loopt onder duizenden inwoners van een voorstad van Boston. In de samenvatting van een deelonderzoek schreven de wetenschappers: “Ieder procent verhoging van het cholesterolgehalte vergroot het risico op een hartinfarct met twee procent.” De Hartstichting verspreidt die boodschap al jaren. Maar wat lezen we als we het héle onderzoeksrapport doorspitten? “Elke daling van het cholesterolgehalte met 1 milligram per deciliter ging gepaard met een 11 procent hoger risico op een dodelijk hartinfarct.” Precies het omgekeerde dus. Mysterieus foutje, niet? Het werd ook nooit rechtgezet.

Uffe Ravnskov, een Zweedse onderzoeker en auteur van het boek De Cholesterol Mythe heeft ook aangetoond dat de grote medische vakbladen vrijwel uitsluitend studies publiceren die de vet-is-gevaarlijk-gedachte ondersteunen. Er zijn net zo veel studies die de theorie onderuithalen, maar die blijven grotendeels onbekend.

Harry: “Weet je wat ook gevaarlijk is? Droog staan! Schenk eens bij man. Trouwens, er is toch een duidelijk verband tussen de hoeveelheid cholesterol in het bloed en de mate van aderverkalking?

Dokter Kees: Ben je gek? Al sinds 1936 is bekend dat die relatie niet bestaat, behalve voor mensen die lijden aan erfelijke cholesterolverhoging, iets van 0,5 procent van de bevolking. De patholoog Kurt Landé en de biochemicus Warren Sperry van de Universiteit van New York haalden in 1936 een paar honderd lijken open en vergeleken het cholesterolgehalte in het bloed met de mate van aderverkalking. Hoe ze ook naar hun grafiek tuurden, ze konden geen patroon ontdekken. Mensen met hoge cholesterolspiegels hadden schone vaten, mensen met heel lage spiegels waren – letterlijk – hartstikke verstopt en alles daartussenin… geen enkel verband. Dergelijk onderzoek is vaak herhaald, telkens met hetzelfde resultaat. Cardiologen zien dat trouwens dagelijks in hun praktijk. Ruim de helft van de mensen die een hartaanval krijgen, heeft een normale cholesterolspiegel.

Harry: Wacht eens even, is het niet gewoon zo dat verzadigd vet, dat immers hard wordt bij kamertemperatuur, stolt in je bloedvaten?

Dokter Kees: Nee joh, dat is eh… cafépraat. Heb je weleens een thermometer in je achterste gehad? Nou, wanneer wees die voor het laatst kamertemperatuur aan? Dat hele begrip ‘dichtslibben’ geeft een verkeerde indruk van wat er eigenlijk gebeurt. Het is niet zo dat het vet uit je kroket gewoon neerslaat tegen de bloedvatwanden. Zo’n plaque waar ze het vaak over hebben, dat is geen klont vet, die bestaat voor een flink deel uit weefsel. Ziek weefsel. Er lopen zelfs bloedvaatjes door om het te voeden. In dat zieke weefsel worden inderdaad stoffen uit het bloed ‘ingebouwd’. Ze hebben er een smakelijke term voor: atheroombrei. Wat daar in zit? Teiltje bij de hand? Bindweefsel, dooie bacteriën en virussen, nog dooiere afweercellen, schuimcellen genoemd, een beetje kalk… en vooral: geoxideerd vet van het meervoudig onverzadigde soort dat de margarinebranche ons onder het credo ‘Goed voor hart en bloedvaten’ probeert aan te smeren.

Harry: Ehhh… linolzuur?

Dokter Kees: Precies, linolzuur! Van dat spul worden in rap tempo allerlei minder voordelige eigenschappen bekend. Je hebt er dagelijks een beetje van nodig, maar uit studies van onder andere de Universiteit van Boston blijkt dat het in de hoeveelheden die een stevige margarine-eter binnenkrijgt averechts kan werken. Het draagt bij aan het ontstaan van bloedpropjes, veroorzaakt ontstekingen in de vaatwand, het laat het cholesterol oxideren en… Wat zie je ineens wit?

Harry: Ik moet geloof ik even naar het toilet… Zo, dat lucht op. Hoe komt zo’n eh… atoombrei daar dan?

Dokter Kees: Atheroombrei. Goeie vraag. Dat weten ze niet precies, maar onderzoek duidt er al jarenlang op dat er heel andere factoren in het spel zijn dan verzadigd vet en cholesterol.

Harry: Toch gaat het er bij mij niet in dat een dagelijks ontbijt met eieren en spek ongevaarlijk voor je hart is. Oh, kijk eens wat een prachtige steak we hier geserveerd krijgen. Botermals, druipend van het vet. Ik voel me nu al schuldig.

Dokter Kees: Kerel toch, geen paniek, laat het je smaken. Wel eens gehoord van de Masaï? Dat is een nomadenvolk in donker Afrika dat uitsluitend leeft op ongepasteuriseerde volvette melk, boter en vlees. Groente beschouwen ze als veevoer. Die mensen hebben het laagste cholesterolgehalte ter wereld. Hartaanvallen krijgen ze volgens die beroemde vetdeskundige dr. Mann pas als ze in de stad gaan wonen en minder dierlijk vet gaan eten. Laten we deze mooie steak, steen des aanstoots voor de gezondheidsmaffia, nu eens nader onder de loep nemen. Zeker, hij is aardig vet. Ruim 50 procent van dat vet is enkelvoudig onverzadigd, net als olijfolie. Goed voor de bloedvaten, zeggen ook politiek correcte geleerden. Zo’n 45 procent van het vet is verzadigd. Nou niet meteen zo bedremmeld kijken. Dat verzadigde vet bestaat weer voor een groot deel uit stearinezuur, een vetzuur dat geen enkele invloed heeft op het cholesterolprofiel en dat mooi schone energie levert. Verder zit er nog wat palmitine- en laurinezuur in, vetsoorten die weliswaar het cholesterol een beetje kunnen verhogen, maar die ook hebben bewezen allerlei onvoordelige micro-organismen, zelfs het aidsvirus, onschadelijk te maken. De resterende 5 procent wordt geleverd door meervoudig onverzadigde vetzuren, je weet wel, het spul dat ze in die niet te verteren halvarines stoppen. Als je alles bij elkaar optelt, kun je niet anders dan vaststellen dat een steak hartstikke goed voor je rikketik is. Hij verhoogt het ‘gunstige’ HDL-cholesterol en verlaagt het ‘ongunstige’ LDL-cholesterol. En als hij van een koe komt die in de wei heeft mogen grazen, levert hij ook nog eens wat vet van het soort omega-3. De Nederlandse onderzoeker Daan Kromhout was een van de eersten die aantoonden dat dat een verdomd goeie motorolie is. Het houdt je hart in het juiste ritme en maakt dat je hersenen naar behoren functioneren.

Harry: Oké, stel dat je gelijk hebt, hoe verklaar je dan dat steeds meer mensen plotseling in de kracht van hun leven dood neervallen? Dat moet toch komen door al die karbonades en saucijzenbroodjes?

Dokter Kees: Wie zegt dat er steeds meer mensen dood neervallen? Dat ben je gaan geloven omdat de anti-vetlobby het onophoudelijk roept. Die overlaadt ons met indrukwekkende kreten als ‘elk kwartier krijgt een Nederlander een hartinfarct’ en ‘iedere twintig minuten sterft er iemand aan hart- en vaatziekten’. Die feiten kloppen, maar toch is het geoudehoer. Waarom? Omdat 90 procent van alle Nederlanders – jij waarschijnlijk ook – relatief probleemvrij een leeftijd van rond de tachtig haalt. Nooit in de geschiedenis werden we met z’n allen zo oud als nu, zegt het Centraal Bureau voor de Statistiek. Mmmm, die kroketten van Kwekkeboom zijn trouwens ook prima te pruimen. Ober! Uiteindelijk moeten we natuurlijk dood. En dan overlijden we heel vaak ‘aan ons hart’, of we nou veel verzadigd vet hebben geconsumeerd of niet. De bloedvaten van heel oude mensen zijn nou eenmaal niet meer van elastiek. De alarmerende statistieken waarmee ze jou aan de Bécel en de sojaburgers proberen te krijgen, worden voornamelijk gevuld door hoogbejaarde knakkers die in hun volkstuin vredig de geest geven. Wist je trouwens dat oudere mensen langer op deze planeet blijven rondscharrelen naarmate hun cholesterolgehalte hoger is? Leidse onderzoekers toonden dat het eerst aan, later werd het over de hele wereld bevestigd. Veel deskundigen vinden het dan ook misdadig om opa z’n roomboter te ontzeggen en nog misdadiger om oma een dure cholesterolverlager te laten slikken. Jij nog een lik kruidenboter?

Harry: Nou, wacht nog even. Ik heb vaak gehoord van een studie waarbij Japanners, die van huis uit mager eten en veel minder hartproblemen hebben dan wij, ook ineens massaal hartverknetteringen krijgen wanneer ze naar Amerika verhuizen en aan de bacon en de hamburgers gaan. Is dat geen bewijs voor het gevaar van vet?

Dokter Kees: Nee. Je hebt het over The Japanese Migrant Study. Het zoveelste voorbeeld van een studie die verkeerd is geciteerd door de anti-vetlobby. Die hooggeleerde vegetarische actievoerster van de Radboud Universiteit in Nijmegen zou dat niet beter hebben gekund! Nee, de onderzoekers protesteerden in alle toonaarden dat hun conclusie werd verkracht, maar ze werden genegeerd. Kijk, hier is een samenvatting van hun studie. “Opvallend was onze vondst dat emigranten die hun Japanse tradities behielden, maar Amerikaans gingen eten, een veel kleiner risico op hartziekten liepen dan emigranten die Amerikaanse tradities adopteerden maar Japans bleven eten.” Zie je het voor je? De ene Japanner zit in kimono en met een potje groene thee binnen handbereik een traditionele maaltijdceremonie af te draaien rond een druipend Happy Meal. Hij krijgt géén hartinfarct. Zijn zwager stresst zich van de beursvloer naar z’n advocaat en van z’n advocaat naar z’n nieuwe vriendin. ‘s Avonds rost hij voor de buis een lading rijst met tofu in z’n mik. Hij bezwijkt wel. Als deze studie al iets zegt, is het wel: ‘kalm aan, dan breekt het lijntje niet’.

Harry: Allemachtig. Maar eh… ga me nou niet vertellen dat je niet dik wordt van vet. Dat zwembandje dat er maar niet af wil, heb ik toch echt te danken aan de onweerstaanbare roomboterjus van Joke, mijn vrouw.

Dokter Kees: Niet per se aan haar jus en ook niet aan haar gehaktballen, speklappen en boerenomeletten. Dik word je als je meer eet dan je verbruikt. Moet je eens kijken hoe snel jij je pens kwijt bent als je voortaan op de fiets naar de kroeg gaat. Maar dat is waarschijnlijk niet de hele waarheid. Uit statistieken blijkt dat mensen braaf hebben geluisterd naar de autoriteiten. Sinds 1960 is de consumptie van met name verzadigd vet gestaag gedaald. Het totale aantal ingenomen calorieën bleef gelijk. Je zou dus verwachten dat we met z’n allen slanker en gezonder worden. Maar wat signaleert het CBS? Bijna 50 procent van de Nederlanders is te zwaar. Best wel gek. Het aantal dodelijke hartinfarcten daalt licht, maar dat komt doordat de collega’s steeds bedrevener worden in het opvangen van zo’n crisis. Het onderliggende probleem, ‘uitgewoonde’ bloedvaten, neemt nog altijd toe en lijkt zich bovendien op steeds jongere leeftijd te openbaren. Moddervette kids van vijftien jaar lopen al rond met hoge bloeddruk, een begin van ‘ouderdomssuiker’ en andere voorbodes van hartkwalen. Engelse en Zweedse artsen spraken onlangs over een medische tijdbom. Let op. Volgens een groeiende groep wetenschappers komt dat doordat we het officiële voedingsevangelie gehoorzamen en daardoor te veel suiker eten. Iemand die dat al een hele tijd roept is de Amerikaanse kinderarts Robert Lustig. We eten te veel, maar we eten vooral te veel suiker, zegt hij. En daar gaat het volgens hem fout. Veel mensen zouden hun eetlust normaliseren en gezonder worden op een dieet dat meer wat meer vet en wat minder koolhydraten bevat. Ongeveer zoals onze opa’s en oma’s aten, wat vaker zuurkool met spek en worst en op vrijdag vette vis. Proost!

Dit bericht werd geplaatst in Uncategorized en getagged met , , , , . Maak dit favoriet permalink.

7 reacties op Borrelpraatje op vrijdagmiddag met dokter Kees

  1. willem zegt:

    Hartstikke leuk, die kroegpraat! En met een serieuze en belangrijke ondertoon. Dokter Kees past dus perfect in de ‘paleohypothese’. Een hypothese die overigens langzamerhand zoveel onweerlegbaar wetenschappelijk houvast krijgt, dat gesproken kan worden van een wetenschappelijk onderbouwde these. Opnieuw dank, Melchior, voor alle artikelen, verwijzingen en logica die je op dit log presenteert!
    Kom net van de moestuin; lekker daar te zijn met dit mooie weer. Onder het rooien van wat daikon, pastinaak en groenlof (voor het weekeinde), en selderij, peterselie, peterseliewortel en prei (wortel, knoflook en ui liggen in de kelder) voor een soepje, dacht ik, even maar, hoor, aan vet. Want ik zag nog koeien grazen aan de overkant. Wat wellicht nog wat onderbelicht wordt wanneer over vleeseten wordt gepraat, is dat het van belang is dat dat vleesproduct afkomstig is van dieren die alleen, of voornamelijk, plantaardig voedsel eten (gras!). Dus zoveel mogelijk eten krijgen waar ook hun genen zich op ontwikkeld hebben. Je had het er in dat artikel al even over, maar kun je wat licht werpen op dit punt: is het voor het consumeren van dierlijk vet (olijfolie en kokos- en ganzenvet daargelaten) niet van groot belang, in verband met het reguleren van de door onze ‘westerse’ voeding uit haar evenwicht gebrachte omega 3- / 6-verhouding, de oorsprong van dat vet in de gaten te houden? Zo ja, is een onnozele supermarktjager dan alleen aangewezen op bioproducten?

    • Hoi Willem,

      Dank! Altijd weer fijn, zo’n veer in de reet. Jij hebt het fijn voor elkaar, met je moestuin vol heerlijkheden en uitzicht op grazende koeien! Stressreliever eersteklas. En bij jullie thuis wordt vast heel lekker gegeten. Ook aardig dat je alvast begint over vetzuurverhoudingen. Daarover hoop ik hier nog het een en ander te melden. Om op je specifieke vraag in te gaan, nee, ik denk niet dat de supermarktjager per se is aangewezen op biovlees. Als je paleo gaat en met een boog om de belangrijkste neolithic agents of disease heenloopt, wordt de verhouding n-3/n-6 vanzelf beter, alleen al omdat je die gigantische n-6 overload wegneemt. Eet vervolgens af en toe wat sardines of makreel en je zit goed. Vlees – grass fed of grain fed – levert in een normale paleovoeding (waarin vlees beslist niet hoeft te domineren) relatief weinig meervoudig onverzadigde vetzuren. Met andere woorden, het eten van fabrieksvlees zal de verhouding nauwelijks verslechteren, ook al zit er iets (niet veel) meer n-6 en mnder n-3 in. In het grote plaatje valt dit een beetje in de categorie nitty gritty. Er zijn natuurlijk tal van andere redenen om biovlees te kopen. Maar als je een alleenstaande moeder bent die van een bijstandsuitkering twee of drie kids een goeie start wil geven, dan helpen kiloknallers dat mogelijk te maken.

  2. Janet Noome zegt:

    Met een grote glimlach gelezen! Het past zo heerlijk in mijn uitleg naar cliënten. Ik zou het zo kunnen printen en meegeven. Wat ik niet ga doen om je auteursrecht niet te vernaggelen. Ik geef je link door: kunnen ze ook je andere berichten lezen!

    • Hoi Janet,

      Ha, ha, dit is een mijlpaal in mijn carrière. Natuurlijk mag je dit uitprinten en uitdelen! Alles wat ik op dit blog knal mag vrijelijk worden gebruikt en gedistribueerd, anders zou ik het er niet op zetten. Ik ben niet zo’n armoedzaaier die gaat lopen zeiken over copyright als mensen zijn stukjes gebruiken. Collega’s die dat doen hebben een te fors ego, doen slechte zaken of beide ;-).

      Maar… ik zou wel uitkijken. Je zegt wel dat het tij snel keert in de diëtetiek, maar ben je niet iets te optimistisch? Ik zou me kunnen voorstellen dat dit soort informatie anno 2011 nog altijd in de categorie ‘clandestien’ valt en dat het verspreiden ervan je in problemen kan brengen. Zelf ben ik klanten kwijtgeraakt doordat een (adverterende) margarineproducent hen vriendelijk doch dringend verzocht voortaan niets meer van ‘die Meijer’ te betrekken. Ik kan dat opvangen met klanten die wel journalistieke mores hebben, maar hoe zit dat met een diëtiste?

  3. Janet Noome zegt:

    Daar zeg je zo wat. Ik ben voorzichtig. Ik heb het geluk met drie huisartsen samen te werken die wat voeding betreft erg open-minded zijn. In mijn werk en op mijn vakgebied heb ik de vrije hand in zekere zin. Wat schuurt zijn de geldende protocollen. Het blijft balanceren tussen wat (nog) algemeen geldend is en de beuk erin met een totaal ander verhaal….Maar wat telt zijn de resultaten…en dat vinden “mijn” huisartsen ook. Alhoewel een cardioloog in het plaatselijke ziekenhuis me volledig zwart maakte tegenover een cliënte (net diabetes ontdekt en binnen een maand een spoedopname met dreigend hartinfarct). ..welke diëtist haar had verteld dat….Ze had inmiddels zelf ervaren “hoe het voelde” en de eerste lab.uitslagen waren veelbelovend, ze gaf me de credits en heeft de man laten praten….:)

    • Bedankt voor deze inside info, Janet. Ja, wat telt zijn de resultaten en als je die eenmaal hebt gezien is er geen weg terug, of je moet wel een heel dik bord voor de kop hebben. Ik heb de indruk dat huisartsen over het algemeen eerder open staan voor no nonsens interventies die werken dan veel andere specialismen. Cardiologen zijn notoir, zo hoorde ik laatst off the record van een hot shot in de oogheelkunde. Die willen hun procedures veiligstellen en hebben de neiging simpele oplossingen als een bedreiging van hun autoriteit en business te zien. Ze schermen met evidence based medicine, maar praktiseren vooral eminence based medicine. Als je ze wil confronteren met de belabberde ebm-basis voor bijvoorbeeld stents, kun je maar beter eerst een cursus judo volgen.

  4. Pingback: De vethysterie is de grootste zeepbel van medische wetenschap | gripopkoolhydraten.nl

Plaats een reactie